LOTTO…DUIVEN…PETROLEUM

 

 

 

GRAPPIG TONEELSTUK IN DRIE BEDRIJVEN EN TWEE TAFERELEN van

 

Jean-Pierre LORAND, in het Frans geadapteerd door Jacqueline CORBISIER en Jean-Pierre LORAND in 2014. Vertaling: C. WILLEMSE.

 

 

 

Gecreëerd in 1982 in het Waals uit Charleroi.

 

Bijgewerkt in het Waals in 1999-2000.

 

Gespeeld in creatie in 1987 door de kring: “Pour l’Art et pour le Peuple de Châtlineau”

 

Bekroond in 1988 door “La Fédération Royale Wallonne Culturelle du Brabant et de Bruxelles”.

 

 

 

Vertolkt in 1990 door de kring “Art et Récréation “ uit Mellet.

 

Vertolkt in 1992 door de kring “Saint-Pierre de Biesmerée”.

 

Vertolkt in 1993 door de kring “Les R’venants” uit Wangenies.

 

Vertolkt in 1998 door de kring “Excelsior” uit Le Roux.

 

Vertolkt in 1999 door de kring van Joncret.

 

Vertolkt in 2001 door de kring “L’Espoir” uit Boussut.

 

Vertolkt in 2002 door de kring “D’El Praile” uit Auvelais.

 

Vertolkt in 2005 door de kring “St Joseph des Alloux à Tamines”

 

 

 

Dit is een Belgisch toneelstuk. Gelieve onze leuke tongval en Belgische uitdrukkingen te bewaren.

 

Iedere regisseur mag de plaatsnamen en persoonsnamen van politici aan zijn eigen regio aanpassen. Het moet wel politiek correct blijven.

 

                                   Geregistreerd bij SABAM onder het n° 450-274-202

 

 

 

BEZETTING: 7 MANNEN EN 4 VROUWEN

 

ORKESTFIGURATIES EN DANSERESSEN.

 

 

 

Gerard                        45 tot 50 jaar … Vader van Stefi, echtgenoot van Simone

 

Simone                       40 tot 45 jaar… Moeder van Stefi, echtgenote van Gerard.

 

Stefi                20 tot 25 jaar… Dochter van Simone en Gerard

 

Greet                           65 tot 80 jaar… Kuisvrouw

 

Bertha                         65 tot 80 jaar … Moeder van Simone.

 

Rob                             40 tot 55 jaar … Tuinman, botanicus

 

Notaris                                   45 tot 60 jaar … Dino Paternoster

 

Politieman                  25 tot 35 jaar … David Agronsky.

 

Ali                              20 tot 25 jaar … Verloofd met Stefi

 

Gus                             60 tot 70 jaar … Onkel uit Australië, broer van Bertha.

 

Bart de Wezel            45 tot 65 jaar … Wonderdokter en duivenbegeleider.

 

 

 

Figuratie …. Groot Emir, zijn navolgers, zijn danseressen, orkest

 

 

 

Voor alle nodige inlichtingen in verband met dit toneelstuk, kunt u terecht bij:

 

Jacqueline CORBISIER 10, Clos de la Musique à 1440 Wouter-Brakel

 

Email : jacquelinecorbisier@skynet.be Tel : 0477479007

 

 

 

Jean Pierre LORAND 6/5 Avenue des Alliés te 6000 Charleroi

 

Email: lorandjp@hotmail.com Tel: 0498275407

 

 

 

Behalve het fysisch lijden van de auteurs is de rest pure verbeelding.

 

                                           SABAM

 

                    KARAKTERTREKKEN VAN DE PERSONAGES

 

Gerard: Vader van Stefi, een echte Brusselaar met typisch accent, haalt niets anders dan ongelegen streken uit. Hij is een cafébaas en ook verbeten duivenmelker. Hij kan de gebeurtenissen niet meer aan. Hij is een belangrijke lottowinnaar, wat hem heel wat lasten bezorgt.

 

Simone: Echtgenote van Gerard, een hoogmoedige Waalse, heeft een hekel aan duiven, zeer geleerd, fatsoenlijke vrouw maar geërgerd door de onophoudelijke flaters van haar man.

 

Gus: De onkel uit Australië, heeft het accent uit zijn adoptieland overgenomen. Hij is een lustige kerel, komt terug na een lange afwezigheid.

 

Greet: Poetsvrouw, zonder veel opvoeding, spreekt een grove taal, doof wanneer het haar bevalt. Een sigaret tussen haar lippen, mannensokken, doek op het haar, afschuwelijke make-up, oude schort, helemaal niet vrouwelijk, vulgair en bijziend, draagt een bril.

 

Ali: Toekomstige verloofde van Stefi, wordt opgewacht, Arabisch accent, bruine huid.

 

Rob: De geleerde tuinman, kent alle ingewikkelde plantennamen, zeer komische rol.

 

Dino Paternoster: Meneer de notaris, ernstige en gemaniëreerde man, zeer geleerd.

 

Zal hij goede zaken doen? Kleine vlinderdas, plat en halflang (zwart) haar.

 

Politieman: De wet is de wet! Hij valt op Steffi maar is tamelijk verlegen …

 

David is van Joodse afkomst. Zal hij met zijn liefde voor Stefi in het openbaar durven uitkomen?

 

Bertha: De moeder van Simone, van Waalse afkomst. Ze komt enkele vakantiedagen doorbrengen. Maar is het moment goed gekozen?

 

Stefi : De dochter van het gezin, wacht op de mooiste dag van haar leven; maar …

 

Bart: Heeft een Nederlandstalig (Vlaams) accent. Van alternatieve geneeskunde, kent hij er wat van en hij is ook duivenbegeleider voor de duivenvereniging.

 

 

 

 

 

 

 

                                                                                            

 

Lotto-Duiven-petroleum

 

Bedrijf 1

 

 

 

                                                       SCENE I

 

                                           GREET … SIMONE

 

(Begin: een dame van een zekere leeftijd (Greet), onbeholpen poetsvrouw, is bezig het parket te schrobben. Ze heeft een sigaret in haar mond, draagt mannensokken, een bril met dik dubbelglas. Ze is bijziend.

 

Greet: Kijk me nu eens, wat een stof! Het is elke dag hetzelfde. Het begint me de keel uit te hangen! Als ik negentig word, stop ik ermee! En basta! Mijn reuma doet mij nu echt pijn. Ja, ik word een oud wijfje … (Ze tilt een tip van het matje op en duwt het stof eronder) Ziedaar … In afwachting dat de stofzuiger gerepareerd wordt! Hop, niemand heeft iets gezien of gehoord! (De telefoon rinkelt) Wel?, Waarom slaat de klok nu? Die is zeker even ontregeld als ik! … Oh nee, het is de telefoon. Met Greet, Ja … Wie zegt u? … Juffrouw Stefi… Ze is er niet … ho la la, ik hoor u niet goed … Kunt u luider spreken ? Neen, ze is hier niet … Wanneer komt ze terug? …Weet ik niet, Meneer! Wat moet ik haar zeggen? Dat u van haar houdt… Godverdomme!, … Ik heb daarmee niets te maken. Kunt u het haar niet zelf vertellen? Wat? Ik versta u niet!... Maar neen, ik ben niet doof! …. Die onnozele vent maakt me tureluur; ik hang op. Het is precies een marsmannetje… poeh… Hij speelt op mijn zenuwen… Neen, ze is er niet! … Je zou eens je oren moeten wassen, manneke!

 

Ha, eindelijk, heb je toch begrepen? Ja, Salikoum Salam, maar wat betekent dat nu? Wat?

 

Ha, tot weerzien … goed zo, salukes, salam, salam. (Ze legt de haak op)

 

T ’Is een vreemdeling. Maar waar komt hij vandaan? Ramikoum salam, plamikoum salem, ik snap er niets van zijn gebrabbel.

 

Simone: (Komt de kroeg binnen, met een boodschappentas)

 

Greet, er waren goedkope verse producten op de markt, breng ze vlug in de koelkast. Wat heb je voor de middag zoal klaargemaakt?

 

Greet: Patatten, preien en varkensworsten…

 

Simone: Varkensworsten? Maar we hebben er zaterdag al gegeten.

 

Greet: Ik heb het eerste pakje uit de diepvries genomen. En zaterdag waren dat worstjes maar vandaag zijn dat worsten met grof gehakt. En van worsten ken ik er iets van, hoor! (lachend)

 

Simone: Waarom lach je zo, Greet?

 

Greet: Oh, niks, ik dacht aan de meterlange worsten die ik al in mijn leven heb gezien. Je kunt van Brussel naar Antwerpen heen en terug! (Ze grinnikt)

 

Simone: Zeg, op uw leeftijd! Je droomt er nog van?

 

Greet: Jawel, mevrouw. Had ik maar een stukje in oorlogstijd gekregen! Mijn karakter was er misschien beter van geworden.

 

Simone: Het is al kwart voor tien (9.45u)! Het café is al overvol met die koffietafels.

 

Greet: Ik ga alles opbergen en mijn patatten schillen. Allez … ouwe trut … vooruit! (gaat weg)

 

Simone: ……(de telefoon rinkelt weer) Allo!...Wie? Stefi…neen meneer, ze is afwezig….

 

Maar met wie heb ik de eer te spreken?... Wie? … Wat? … Kunt u het spellen? …Ali Omar Chekikene Abdellah … Ah …Ali…Ali…Ja, t ’is eenvoudiger …U belt uit… ? Uit Abu Dhabi in Dubaï? Waar ligt dat eigenlijk?... Verenigde Arabische Emiraten!… Amai zeg! … Ik vertel het dadelijk aan mijn dochter, na haar terugkomst. (Greet komt uit de keuken en luistert terwijl ze op een denkbeeldige vlek op de deur wrijft)

 

Hoe laat komt ze terug?... (Simone mompelt (ze legt haar hand op de hoorn): maar wat een accent!) Ik breng haar op de hoogte van uw oproep… Ja, wees gerust!… Ik versta niet wat u vertelt … malicoum salam, ha! U bedoelt, tot weerzien… Wel, zoals u zojuist zei, malicouillesalam…

 

 

 

Greet: t ’Is nog die vent met zijn raar accent, zeker?

 

Simone: Die vent heet “Ali” … Omar … Abdoulla of zoiets … Wie kan dat wel zijn? Een oproep van de Verenigde Arabische Emiraten … Ongelooflijk! … Hoe komt het dat Stefi bevriend is met iemand uit die verre landen? (Ze kijkt op haar polshorloge) Eigenlijk, zou ze binnenkort moeten terugkomen.

 

Greet: Onze kinderen hebben nu nog slechts een kans op tien om een echte Belg te ontmoeten.

 

Simone: Bij de Belgen zijn er al drie gemeenschappen. Maar een vreemdeling van zo’n afgelegen land! … Oh God, Wat gaat Gerard daarover zeggen?

 

Greet: Mevrouw, er is een ander dringend probleem: de propanfles is leeg. U moet me helpen …

 

Simone: Laten we die dadelijk gaan vervangen … (Ze gaat uit) Ik heb er nog één in voorraad in de bergplaats.

 

                                               SCENE TWEE

 

                                   GERARD ………STEFI

 

Gerard: (komt binnen en roept naar zijn vrouw die hem niet hoort) Simone … SIMONE! … In dit huis, vind je nooit een vrouw als je er één nodig hebt.

 

Maar potverdekke, waar heeft ze zich nog verstopt? (Hij rommelt in de kast om wat kleingeld te vinden. Stefi komt binnen)

 

Ha, Stefi, dat valt wel mee, maske: ga achter de toog staan terwijl ik voor wisselgeld zorg, ik kom zo dadelijk.

 

Stefi: Toch een goeiedag, pa. Ik kom zojuist aan en word ter plaatse aangeworven!

 

Gerard: Dag Stefi. Sorry hoor, maar ik vind je mama niet en ik laat de klanten niet graag alleen. Ik heb eindelijk kleingeld gevonden…

 

Stefi: Ik kleed me om en ik kom eraan.

 

Gerard: (vertrekt)

 

Stefi: Die kroeg werkt op mijn zenuwen! ( zet de radio aan, legt haar kleren op de sofa en kamt zich voor de spiegel) Ik ben pas aangekomen en hopla achter de toog… Maar waar zit mijn moeder? (opent de deuren en roept overal) Mama… mama …Shit … Ik ga in de zaal anders is het hier over vijf minuten oorlog.

 

(Stefi gaat uit, Gerard komt binnen, de radio speelt nog altijd.)

 

 

 

Gerard: Het is al de derde keer in een uur dat ik een briefje van 50 euro moet wisselen. Op de 15de en 30ste van de maand, zou ik een kruiwagen vol kleingeld moeten bezitten.

 

(Op ‘radio twee’ hoort men …. Zo dadelijk het nieuws van 10 uur door Peter Devos)

 

 

 

Gerard: Het is al 10 uur. Ik moet mijn duiven gaan voeren. Ik ben al laat en er is niets slechter voor die beestjes. Zo kan ik een kampioenschap verliezen. Als ze maagkrampen krijgen, zou ik er ziek van worden.

 

 

 

(De radio): Goede morgen … Het is zaterdag en we beginnen het nieuws met de uitslag van de Euro Miljoen. Ter herinnering: het bedrag van de jackpot was van 25 miljoen euro. De goede nummers waren …

 

(Terwijl hij spreekt, geeft de omroeper de nummers van de Euro Miljoen 38, 12, 8, 23, 30, … de sterren 3 en 7. Gerard graait wat in zijn centen…)

 

Gerard: En men zegt dat het geld op is maar ik moet steeds briefjes van 50 wisselen. Ja, mijn kloten!

 

(Gerard die naar de radio geluisterd heeft, hoort de nummers en richt zich naar de radio). Wablieft? …Herhaal dat eens … Godverdekke! …

 

(De omroeper … Ik herhaal de nummers voor degenen die willen opschrijven. Bent u klaar?

 

Gerard: Hij heeft gelijk … Vlug een stukje papier … Waar? … (Hij draait de lade om)

 

Geen papier, maar ik heb een pen … Als je iets nodig hebt, in die rommel … Vlug! (38, 12, 8, 23, 30,… en de sterren 3 en 7. (Bij gebrek aan een stukje papier, schrijft hij op zijn hand).

 

(De omroeper … Er zijn 8 winnaars voor het mooie bedrag van 1 miljoen 123.000 duizend euro. Er is een Belg tussen de gelukkige winnaars. En nu de sportuitslagen van dit weekend…)

 

Gerard: Het is niet te geloven … niet te geloven … die nummers zeggen me iets… Ik haal vlug mijn formulier ….( hij draait heftig alle laden van de kast om)

 

Maar verdorie, waar is die? … Hou de dief! … Hou de dief! … Help! Iemand heeft mijn formulier gestolen! …. Simone! …. Simone! …. Hou de dief! (Hij opent alle deuren)

 

Stefi, Doe de deur van het café op slot … Simone …

 

 

 

                                                           SCENE III

 

                                   GERARD …  SIMONE …  GREET

 

Simone: Wat gebeurt er nu nog? Kijk eens wat een rommel; je hebt alles uit de kast gehaald! Je wordt gek of wat? Het is precies een tsunami!

 

Gerard: Simone, alsjeblieft Simone … vlug! …

 

Simone: Je hebt dringend een psychiater nodig!

 

Gerard: Vlug Simone ….

 

Simone: Wat is er aan de hand? Waarom ‘vlug’?

 

Gerard: Mijn Euro Miljoenformulier!

 

Simone: Wat is er met je formulier, Gerard?

 

Gerard: Ik moet die absoluut nu hebben! Waar is die? (Hij doet alsof hij zijn vrouw wil wurgen)

 

Simone: Je formulier ligt zoals gewoonlijk in de soepterrine.

 

Gerard: Het is waar … Het is de ontroering … Excuseer me, schat … Ik ben helemaal verward.

 

Simone: Zo’n herrie voor een stukje papier?

 

Gerard: Ik heb ze … ik heb ze … ongelooflijk … Ik heb gewonnen … (vergelijkt met de nummers op zijn hand, stapt zingend naar zijn vrouw toe en laat haar ronddraaien), tralalalalere, tralalala. Ik speel al zolang dezelfde nummers … Oh God, bedankt!

 

Simone: Maar wat gebeurt er met je?

 

Gerard: Ik heb gewonnen. …GEWONNEN! We zijn miljoenenrijk in euro en onze kroeg mag voortaan ontploffen. Dat is mijn gedachte! Laten we het café sluiten! (Hij omarmt Simone en kust haar vurig) Greet komt juist binnen.

 

Greet: Wel, zo’n spektakel ben ik hier niet gewoon! In plaats van elkaar te kussen, zouden jullie mij beter komen helpen. Anders komt er straks geen worsten op tafel, hoor! Ik moet hier voor alles draaien. En wat nog allemaal!

 

(gaat uit)

 

Gerard: We gaan naar het restaurant eten, ouwe feeks. Schat, je wordt voortaan mevrouw Simone. Gedaan met al die karweien en die uren achter den toog, de zieverdera van de klanten, en beleefde begroetingen links en rechts.

 

Simone: Ik ga zitten … anders ga ik flauwvallen.

 

Gerard: We laten een droomvilla bouwen of we kopen er een, met overal bloemekes, bomen uit verschillende landen, een prachtige tuin, een broeikas, een visvijver, een duivenkot …

 

 

 

Simone: Wat? … Nog een duivenkot?

 

Gerard: Een duivenkot mag zeker niet ontbreken. Dat is wat ik het liefst heb! Euh… naast jou, natuurlijk.

 

Simone: Je vergelijkt me met een duivin, zeker? Het zijn geen pluimen die ik op mijn benen heb, maar haar. Het wordt trouwens tijd dat ik me laat ontharen. Al 32 jaar lang, verdraag ik die vieze vogeltjes, hun geuren, hun microben en dit allemaal uit liefde voor jou.

 

Met de intresten kan je gemakkelijk iemand betalen om je duiven te verzorgen.

 

En zo zal je je beestjes nog kunnen zien maar … geschoren en gekleed zoals een dandy.

 

Gerard: Je hebt gelijk, mijn lieve schat. Ik ga akkoord, geen duiven meer. Het is toch heel spijtig met al die kampioenen. Brunette: eerste prijs in Dax, Grisette, eerste prijs in Soissons, Mouchette, eerste prijs in Orléans, Marquis … de snelste duif in Barcelona… Er zijn zoveel duivenmelkers die zouden dromen kampioenen zoals ik te bezitten.

 

Simone: Je hebt zojuist kampioenschappen gewonnen, het is het moment om je duiven te verkopen.

 

Gerard: Die eerste klas duiven zijn onbetaalbaar!

 

Simone: Ik zie het al! Allemaal schone beloften die je niet gaat nahouden.

 

Gerard: ( geeft het gesprek een andere wending aan) Ah, ik vergeet Marcel, zijn kleingeld.

 

Die zatlap blijft de ganse dag aan den toog vastgeklemd om niet te vallen. Dat komt toch niet op vijf minuten na… Hij gaat zeker geen dorst lijden.

 

Simone: Met die begrafenissen, zijn alle prominenten van de gemeente aanwezig.

 

Gerard: Om 10.30u, wordt de schepen van Sport begraven. En ik kan je verzekeren dat de Volksvertegenwoordigers tot 15 uur zullen blijven, in afwachting van de begrafenis van Graaf Posson d’Udekem. Dan komt er nog meer volk om te zuipen, en geen water, hoor. Ze betalen toch niet! (Greet spioneert achter de deur. Aangezien ze niet goed kan horen doet ze de deur open en doet alsof ze aan het afstoffen is.)

 

 

 

Simone: Voor het gemeentepersoneel zal de afvaart de hele dag duren… En zoals je weet, wordt er bij de gemeente al zo weinig gewerkt!

 

 Moest ik het overdoen, ik zou gemeentesecretaresse worden!

 

Gerard: Bij de begrafenis van 15 u, moet ik absoluut aanwezig zijn. Ik kan niet anders, schat.

 

Simone: Was de graaf de voorzitter van de duivenvereniging niet? Je hebt nooit een vergadering gemist. Je gaat zijn begrafenis bijwonen, niet waar?

 

Gerard: Stop even te zeuren! Het was een heel toffe gast, een echte beschermer, helemaal gewijd aan onze vereniging. Als oudste heb ik de eer, een lijkrede te lezen en de grafkrans te dragen. Je moet toch altijd van je neus maken! Lees eerder zijn overlijdensbericht … Je wordt er slimmer van!

 

Simone: Hartroerend! … Hier heb je zijn hele stamboom, hij is verwant met onze koningin Mathilde …Hij hield zich met allerlei bezig … God wat een lijst … Luister eens …

 

Stichter van de gemeentelijke bibliotheek, Ridder in de Orde van de Kroon, voorzitter emeritus van Solidaris, Erevoorzitter van het koor “de Rietzanger”, schenker van de LG voor uitwijkelingen.

 

Gerard: LG? Wat moet dat nu zijn?

 

Simone: Lege kassa zeker … Voorzitter van de club der kaartenspelers …. Oud-strijder 40-45… werd kolonel gemaakt …penningmeester van de sportclub Garenne … En dat is niet alles … Die man had geen tijd om te slapen!

 

Gerard: Je vergeet zijn grootste eretitels … Controleur van de pluimveekring en van de konijnenfokkerij… Oppertoezichter van de kring der postzegelverzamelaars … Commissaris van de boomkwekerijvereniging (de rode roos)… en eindelijk … Voorzitter van de duivenvereniging.

 

Simone: Die laatste functie heeft hem ongetwijfeld geveld. Ah die vreselijke duiven…

 

 

 

                                                           SCENE IV

 

                                               GERARD … STEFI

 

Stefi: Zoveel tijd nodig, om een biljet te wisselen, Pa! Het café is overvol en je laat me in de steek. Kan je die ook wisselen, dat is het biljet van de boswachter.

 

Hij heeft een hoed met pluimpjes, dat is keileuk! En Marcel wacht nog altijd op zijn centjes.

 

Gerard: Die boswachter is nog nooit bij ons gekomen. Hier, geef hem zijn geld terug een aan Marcel ook, ik trakteer! Straks gaat de kroeg dicht, ze kunnen een beetje verder, naar het café “Bij Soiske” gaan.

 

Stefi: Het is toch geen kerstmis, Pa?

 

Gerard: We gaan voor de rest van ons leven op verlof, een eeuwige rust.

 

Stefi: Zeg Pa, ben je knettergek geworden? Denk je misschien dat je een rentenier bent?

 

Gerard: Je hebt goed gezien, Maske … “Ik vang een beetje”, of eerder gezegd, “ik heb de goede ballen gevangen.”

 

Stefi: Wat bedoel je met die ballen? Ik snap er niets van.

 

Gerard: De ballen van de Euromiljoen. Mijn nummers zijn allemaal uitgekomen!

 

Stefi: Dat meen je niet! … Je hebt gewonnen?

 

Gerard: Jawel!

 

Stefi: Wauw!... Ben je er zeker van? Wat een nieuws, zeg! (In het café, wordt er op de tafels geklopt) Wat een lawaai, men kan ze geen minuten achterlaten.

 

Gerard: (opent de deur van de bar en roept) Kalm aan, jongens. Drink uw glas maar leeg. De baas trakteert!

 

Stefi: Hij wordt zot! (gaat uit)

 

Gerard: Arme vrouwtjes … Ik red ze van hun verslavende werk in onze vermoeiende kroeg. Gedaan met de beledigingen, en al die smeerlappen aan den toog. Gedaan met: Gerard, Nog een pintje om het af te leren of … rap het allerlaatste glas … En drie uur later, zijn ze er nog altijd. Alles gaat nu veranderen dank zij mijn winnende lottoformulier.

 

Wat een bof … Zou Simone een andere man in haar leven  hebben? … (Hij denkt na) Nee, Simone zou zoiets nooit doen… Laten we zeggen dat ik een bofkont ben, maar dat Simone vreemd gaat, neen, neen …

 

… Dat nooit!

 

 

 

                                                           SCENE V

 

                                               SIMONE ……GERARD

 

Simone: Ik heb zojuist het reclameblad gelezen en, kijk eens, ik viel op de rubriek: openbare verkopingen. Mijn aandacht werd door die advertentie aangetrokken. Waar is die nu? Ah, op die pagina, lees dat eens.

 

Gerard: Prachtige villa te koop … park …vijver … twee garages … 1.200 vierkante meter …

 

In residentiële wijk op een heuvel, met panoramische zicht op de stad. Potverdekke, Simone, dat is alles waar ik altijd van gedroomd heb voor onze oude dagen.

 

Simone: Op een heuvel met zicht op de stad, dat zou me ook bevallen… eindelijk in open lucht leven.

 

Gerard: Een tuin …

 

Simone: Bomen …

 

Gerard: Op het platteland, het is geweldig … Een droom … Hop, t ’is verkocht, ik koop die!

 

Simone: Je koopt de villa?

 

Gerard: We kopen hem!

 

Simone: Wat is de prijs?

 

Gerard: (kijkt in de krant) Bah … Slechts 1 miljoen 200 duizend euro.

 

Simone: Zoveel?

 

Gerard: Plus de notariële kosten, en andere dingen hier en daar … Het zal rond 1 miljoen 500 duizend euro draaien. Het komt toch niet op enkele centen na. Ik ben nu schatrijk, nietwaar?

 

Simone: Maar Gerard, je weet zelf niet hoeveel je gewonnen hebt.

 

Gerard: Wees gerust, schatteke. Bij de Lotto, kijken ze niet op een miljoen na. Ik ga Stefi even vragen om die notaris op te bellen. Hoe heet hij nog? … Wacht ik neem mijn bril … Notaris Dino Paternoster. Hij moet dadelijk komen.

 

Simone: Denk je dat een notaris zich, voor jou, op staande voet, gaat verplaatsen?

 

Gerard: En of. Na ons telefoontje zal hij spoedig ter plaatse komen. Neem een stukje papier om zijn gegevens op te schrijven. Als ik denk dat ik al sinds zaterdagavond schatrijk ben, en ik wist er niets van. Met ons vermoeiende werk, blijft er weinig tijd voor ons over. Heb je een Bic?

 

Simone: Een minuut … Oké… Ik luister …

 

Gerard: Goed zo! Schrijf … Notaris Dino Paternoster… te Hasselt.

 

Simone: Wat een rare naam die gast: Diruppo Paternoster(Simone is een beetje in de war)

 

Gerard: Je hoeft je Paternoster niet af te bidden, ik herhaal nog eens: Dino Paternoster, notaris, Kerkstraat 12, (komma) te Hasselt.

 

Simone: Hij is zeker van Italiaanse afkomst met zo’n voornaam. Misschien heeft hij pikzwart haar en draagt hij ook zo’n vlinderdas en een  komisch brilletje.

 

Gerard: In plaats van te kletsen, schrijf dat nu eens correct op.

 

Simone: Zeg, kalm aan, Gerard, ik ben je secretaresse niet.

 

Gerard: Voor ene keer was het wel van pas gekomen. Telefoon … 071418534 …. Uitsluitend op afspraak. … enz …

 

 

 

                                               SCENE VI

 

            SIMONE …. GERARD ….STEFI ….GREET

 

 

 

Stefi: (komt uit de kroeg) Pa, de brouwer is aangekomen!

 

Gerard: Zeg hem dat we niets meer nodig hebben.

 

Simone: Maar Gerard, we moeten toch bier kopen!

 

Gerard: Waarom? We gaan toch dicht. We moeten onze voorraad kwijt. Ik leg het hem wel zelf uit. Stefi, bel notaris Elio Paternoster, of zoiets op …, Kijk, het is hierop geschreven (toont het papier).

 

Stefi (leest): Notaris Dino Paternoster, Kerkstraat 12, Hasselt.

 

Gerard: Zeg hem dat hij zo vlug mogelijk bij ons komt. Het kan me niet schelen of hij per fiets, skateboard, moto, auto, vliegtuig, of vliegende schotel komt. Hij moet er zijn … en vlug. (Hij gaat uit).

 

Stefi: Dat hij zijn plan met zijn brouwer zelf trekt!

 

Simone: Hij is helemaal in shock. Maar ik kan hem begrijpen.

 

Stefi: Ik hoor ze al in onze buurt roddelen: Het is onrechtvaardig. Het is altijd dezelfde die winnen, en dit en dat! …

 

Simone: Het is wel de eerste keer dat je vader van geluk kan spreken, na een leven gewijd aan zijn vieze duiven en hun drek.

 

Stefi: Zeg Ma, je was toch blij met het geld dat Pa met zijn kampioenschappen gewonnen heeft.

 

Simone: Ik wil niet meer van duiven horen spreken. Ik krijg er huiduitslag van! Lees maar eerder de krantadvertentie over de woning die je vader wil kopen.

 

Stefi: Prachtige villa in residentiële wijk, park … vijver …2 garages… 6 slaapkamers, twee badkamers, in groene omgeving …Wauw. Ma … Toen ik nog een kind was, droomde ik er altijd van. Bovendien heb ik een tennisterrein tegenover, een zwembad een beetje verder en een Finse piste om te lopen. Inlichtingen: Notaris Dino Paternoster…. Maar … Hij zit juist naast de schepen van Openbare Werken.

 

Simone: Ah ja! Die onophoudelijke werken. Hij mag er trots op zijn, die schepen!

 

Stefi: En er is ook Marius, de klerk, (naar het schijnt, is hij de minnaar van notaris Paternoster).

 

Plus de hele bende van de gemeenteraadsleden en provinciale prominenten en alle politici die komen om gezien te worden. Didier Reynders is er niet … Er is niets te verdienen zeker … ? Onkelincks is er ook niet! Ze moet haar woede eerst laten afkoelen, nu dat de PS niet meer in de regering zit.

 

Simone: Er is ook een parochiale delegatie voor de begrafenis van de schepen van Sport.

 

Kortom: het is de grote bijeenkomst van alle profiteurs die ons land ondermijnen.

 

Stefi: Het brengt wel geld in onze kassa.

 

Simone: Dat is toch al iets, he! (Greet is zichtbaar achter de deur, die op een kier staat. Ze luistert aandachtig naar het gesprek).

 

Stefi: Je hebt gelijk, Ma. De meeste politici willen gewoon hun zakken vullen. De rest is bijzaak.

 

Simone: Tijden veranderen … Destijds was er nog sprake van arbeid, koolmijnen, Solvay, de ijzerindustrie, welvarende KMO’S … Maar, dat is het verleden!

 

(Greet die achter de deur stond te luisteren komt binnen)

 

Vraag het eens aan Greet.

 

Greet: Hebt u mijn bril niet gezien?

 

Simone: Zonder haar bril, hoort ze niet goed! Eigenaardig, he!

 

Ik heb die niet, Greet. Kijk eens in de borstzak van uw schort.

 

Greet: Ja, hier is mijn bril… Ik moet toch zeggen dat de koolmijnen in die tijden, niet zo vreselijk waren. Ik heb er hard gewerkt, maar de sfeer was er goed en we waren jong. Ik heb zoveel karretjes geduwd. We waren even zwart als zwarte Piet. We konden elkaar bijna niet herkennen, maar we waren blij om een werk te hebben Wel goed, ik ga nu terug naar mijn kookpotten. (gaat uit)

 

Stefi: Zeg, dat was een raar idee om die vrouw in dienst te nemen!

 

Simone: Het is meer dan 20 jaar geleden. Greet was een weduwe met een overlevingspensioen. Je Pa en ik hadden medelijden met haar. Bovendien was je nog een baby en we hadden onze handel. Als we haar niet geadopteerd hadden, was ze zeker op het trottoir gebleven of zonder halsband bij Veeweyde terechtgekomen. Ze was niet gechipt …

 

Stefi: Ik ga terug achter de toog om Vake en handje te steken. Ik moet hem vertellen dat Notaris Paternoster aanwezig is. Iemand heeft zijn naam uitgesproken… Hij draagt een kleine vlinderdas, hij is wel grappig met zijn gekleurde haar. Zeg, en je moet eens zien hoe hij sensueel met zijn kontje voorbijloopt? … (gaat uit met een knipoogje)

 

Simone: (Neemt haar wit schortje van de zetel af) Ik kom mee! (bij het uitgaan, botst ze tegen Rob)